Het eerste waar men doorgaans aan denkt bij het horen van het woord duurzaamheid is de (vaak nefaste) invloed die bedrijven kunnen hebben op het milieu. Nochtans is dat slechts een fractie van het aantal onderwerpen die we onder de noemer ‘ESG’ kunnen plaatsen. Denk bijvoorbeeld ook aan corruptie, anti-competitieve praktijken, de (on)afhankelijkheid van een raad van bestuur, schendingen van mensenrechten, fraude … De lijst gaat zo nog wel een tijdje door, wat meteen ook de moeilijkheid illustreert van het ganse ESG-verhaal. Hoe gaan we die diversiteit aan factoren in kaart brengen voor de bedrijven waarin we investeren? Welke factoren vinden we belangrijker dan andere? Hoe gaan we onze conclusies omtrent ESG omzetten in gedegen beleggingsbeslissingen? In wat volgt proberen we daar wat duidelijkheid in te scheppen.
Als eerste stap gaan we na of bedrijven actief zijn in de wapen-, tabaks- of gokindustrie en halen we die uit ons beleggingsuniversum. Deels vanwege wettelijke redenen (cfr. Wet Mahoux inzake de financiering van controversiële wapens), en deels omdat dat zowel vanuit economisch als maatschappelijk standpunt moeilijk te verantwoorden beleggingen zijn. Hoe ver moeten we daar echter in gaan? Moet Subway dan ook uitgesloten worden als zij broodjes leveren aan een wapenfabrikant en daardoor omzet genereren? Die vraag lijkt enigszins lachwekkend en het antwoord voor de hand liggend: uiteraard niet! Maar wat dan met bedrijven die bouten, schroeven of andere componenten aanleveren aan diezelfde wapenfabrikant? Daar wordt de zone duidelijk iets grijzer. Het uitgangspunt is voor ons echter duidelijk: als een bedrijf een significante omzet puurt uit de verkoop van specifieke onderdelen voor een van de uitgesloten sectoren, wordt dat bedrijf eveneens uitgesloten. Bedrijven die generieke onderdelen aanleveren, worden wel aanvaard.
Daarnaast houden we ook rekening met het zogenaamde Global Compact, een niet-bindende overeenkomst van de Verenigde Naties die fundamentele bedrijfsverantwoordelijkheden inzake mensenrechten, arbeidsrechten, milieu, en anti-corruptie vooropstelt. Die normen zijn naar onze mening dermate fundamenteel dat we ondernemingen met ernstige schendingen altijd zullen uitsluiten. We steunen daarvoor op het onderzoek van de Ethische Raad van Het Noors Pensioenfonds. Dat staatsfonds, met meer dan 1 biljoen US-dollar activa onder beheer, is toonaangevend wat betreft het implementeren van ethisch en verantwoord beleggen. Vandaar dat we alle bedrijven op de exclusielijst van het Noors Pensioenfonds ook uitsluiten uit ons eigen beleggingsuniversum.
Om verdere relevante ESG-gerelateerde risico’s van de bedrijven in ons beleggingsuniversum in kaart te brengen, doen we beroep op Sustainalytics, een onderzoeksbureau dat onafhankelijk ESG-onderzoek aanlevert. Per bedrijf wordt er nagegaan aan welke risico’s het bedrijf voornamelijk is blootgesteld, hoe goed het management die risico’s beheert, en in welke controversiële gebeurtenissen het bedrijf verwikkeld zit of heeft gezeten. Al die informatie wordt dan samengebracht in een ESG-score met bijhorende risicocategorie en een aparte controversiescore. Bedrijven die in de hoogste (lees: slechtste) risicocategorie terechtkomen en/of de hoogste controversiescore krijgen, halen we uit ons beleggingsuniversum. Omgekeerd, bedrijven die in de lagere risicocategorieën vallen en/of een lage controversiescore krijgen, worden automatisch aanvaard. Al wat zich tussenin bevindt, valt in een deliberatieprocedure, waarbij we case per case zullen nagaan of het bedrijf aanvaardbaar is of niet. En wees gerust, na al dat uitsluiten blijven er nog steeds duizenden bedrijven beschikbaar in ons universum. Keuze genoeg dus!
U merkt het ongetwijfeld. Er komt heel wat bij kijken om ervoor te zorgen dat ons advies en portefeuillebeheer op een maatschappelijk verantwoorde wijze gebeurt. Desondanks is de impact van het volledige ESG-beleid op onze huidige advies- en fondsencompositie eerder beperkt. Dat doet ons enigszins deugd, gezien het bewijst dat we het merendeel van de ESG-gerelateerde risico’s in het verleden ook altijd goed in overweging namen om de beleggingswaardigheid van een bedrijf te bepalen. Het nieuwe ESG-beleid verandert dan ook niets aan de kern van onze beleggingsfilosofie. We blijven zoeken naar kwalitatieve bedrijven aan een redelijke prijs. Het zorgt er wel voor dat de relevante risico’s nu op een gestructureerde manier worden gecontextualiseerd onder de noemer ‘ESG’ en minimaliseert daarmee de kans om bepaalde risico’s door de mazen van het net te laten glippen waardoor we de kwaliteit van een bedrijf zouden overschatten.
Het implementeren van een ESG-politiek is dus geen overbodige luxe in het beheer van uw portefeuille. Enerzijds voegen we maatschappelijke waarde toe door geen bedrijven op te nemen met een onnodig nefaste invloed op het milieu en de maatschappij. Die bedrijven zullen dan ook verplicht worden om werk te maken van een ethisch verantwoorde bedrijfsvoering willen zij hun toekomstig voortbestaan garanderen. Anderzijds voegen we economische waarde toe gezien het opnemen van de risico’s bij de analyse van uw beleggingsposities bijdraagt aan de prestaties van uw portefeuille. Onderzoek van de Universiteit van Hamburg bevestigde namelijk dat over een totaal van 2200 studies 90% concludeerde dat er een positief verband bestaat tussen ESG en bedrijfsprestaties. Met andere woorden goed scoren op duurzame criteria verhoogt de kans op goede bedrijfsprestaties.
Laat ons eens kijken naar een concreet voorbeeld. Wat dacht u van Facebook? Privacygerelateerde rechtszaken blijven het bedrijf typeren. Toen CEO Mark Zuckerberg zich moest verantwoorden tegenover het Amerikaanse Congres inzake het Cambridge Analytica-debacle sprak zijn gezicht boekdelen. De discrepantie tussen de verontschuldigende woorden en de daarmee gepaarde (afwezigheid van enige) gezichtsexpressie zorgde namelijk voor een weinig geloofwaardige oprechtheid. Dat voorval is ook een belangrijke katalysator geweest voor steeds strengere privacynormen (denk bijvoorbeeld aan GDPR). Zolang het bedrijf/management niet in staat blijkt te zijn om die problematiek zorgvuldig te beheersen, en het risico op zware boetes en aanzienlijke reputatieschade daardoor hoog blijft, is Facebook volgens ons geen interessant bedrijf om toe te voegen aan onze beleggingsportefeuilles. Ook hier is het effect tweevoudig: privacybescherming als maatschappelijk nut enerzijds, en het ontwijken van een bedrijf met verhoogde kans op financiële sancties als een gezond overwogen beleggingsbeslissing anderzijds. Kijken we naar de door Sustainalytics aangeleverde ESG-score, dan wordt die opinie ook versterkt. Facebook valt namelijk in de categorie van bedrijven met een hoog risico. Daarmee zetelt het bedrijf binnen zijn industrie in het 97ste percentiel, wat betekent dat slechts 3% het nog slechter doet op vlak van ESG. Wat denkt u?